zondag

Route en verhaal


Grotere kaart weergeven

10 september 2010: Vertrek en aankomst Vancouver (O)
Yes, we zijn er! Na een zeer voorspoedige reis - alle aansluitingen gingen perfect en de koffers zijn met ons meegekomen - zetten we, moe maar voldaan, voet op Canadese bodem. In het vliegtuig zijn we door twee stewardessen in de watten gelegd omdat niet was doorgekomen dat wij vegetarisch wilden eten. We kregen o.a. het kaasplankje van de business class; dat had uiteraard ook de zitplaats mogen zijn zónder eten....
Het langst wachten we eigenlijk op onze huurauto, maar dat blijkt de moeite waard: we krijgen een flinke Mitsubishi Lancer mee, een automaat. Even wennen, maar John loodst ons prima door het toch wel drukke verkeer naar het hotel. Het is helaas zwaar bewolkt in Vancouver, dus de bergtoppen liggen in de wolken. Ach, dat maakt ook eigenlijk niet uit, want deze dag slapen we onze roes uit.

11 september 2010: Vancouver
Gisteravond werd op TV "breaking news about the weather" aangekondigd: de verwachte regen komt niet zaterdag, maar zondag pas. Het is slechts uitstel, maar het klinkt mooi. Inderdaad begint de dag met een zonnetje, maar ook fris. Eigenlijk prima om door de stad te slenteren. Vandaag verkennen we Downtown Vancouver, waar we met de Skytrain (metro) naartoe rijden. We beginnen bij het Waterfront / Canada
Place met de aantrekkelijke cruiseschipterminal. Tot onze verbazing ligt hier de kolossale "Zuiderdam", cruiseschip van de Holland America Line. Daarna lopen we door het zaken- en winkelgebied en vervolgens - helaas via de ghetto van Vancouver - naar Chinatown, de op één na grootste van de wereld. Terug naar de metro vinden we wel een gezellige route door de wijk Gastown met haar antieke stoomklok en het bijzondere restaurant The Old Spaghetti Factory. De paraplu hebben we dan wel even nodig.

12 september 2010: Vancouver
Hoera, (schoon)mams is jarig! Gefeliciteerd!
Zoals voorspeld regent het als we opstaan. Niet erg hard, maar wel druilerig. Hopelijk hebben we er niet al teveel last van als we door Stanley Park lopen, het grootste stadspark van Noord-Amerika. Daarvoor gaan we weer met de Skytrain naar het Waterfront. Dat we gisteren de "Zuiderdam" zagen liggen, blijkt heel gewoontjes, want vandaag ligt de "Rijndam" in de haven, óók van de Holland America Line! We hadden geen idee dat dit nog zo'n gangbare route is. Het regent nog steeds, dus we kopen eerst een tweede paraplu.
Daarna lopen we vanaf het Waterfront eerst 1,5 km langs het water om überhaupt bij het park te komen. Patricia heeft al snel natte sokken, en dan moeten we nog beginnen! De meest gebruikte route van het park is de Seawall eromheen met een totale lengte van 9 km. Daaraan liggen enkele bezienswaardigheden én heb je prachtig uitzicht op o.a. de skyline van Vancouver en Noord Vancouver. Door het slechte weer valt dat nogal tegen, maar we zien een aantal leuke dingen, zoals totempalen, het Nine O'Clock Gun (kanon dat dagelijks om 21:00 uur afgeschoten wordt) en de Lions Gate Bridge. We besluiten tot daar te lopen, de helft van de route. We hebben mazzel te zien dat de "Rijndam" is uitgevaren en de brug onderdoor vaart. Binnen de Seawall is het park bijna regenwoudachtig met een paar mooie meren. We lopen hier doorheen terug naar de ingang van het park. Pas om half zes lopen we het park uit, het heeft onophoudelijk geregend.

13 september 2010: Vancouver - Victoria (B)
De wekker gaat vroeg, want vandaag verlaten we Vancouver en we moeten op tijd de veerboot naar Vancouver Island halen. Het weer laat nog duidelijk de nasleep van de druilerige dag van gisteren zien, maar het is droog. Dit verandert als we bij de veerboot aankomen: laaghangende bewolking en het miezert. We halen een veerboot eerder dan gepland, maar die vaart alsnog laat uit vanwege een of ander noodgeval. Van de mooie vaarroute langs de Gulf Islands zien we jammer genoeg weinig door de dikke mist. In Victoria klaart het weer helemaal op en zien we zelfs het zonnetje. Omdat we de komende dagen een kitchenette in onze kamer hebben, slaan we behoorlijk wat proviand in bij de Walmart. We koken voor het eerst zelf en genieten van het zonnige weerbericht voor morgen.

14 september 2010: Victoria
Van het positieve weerbericht blijkt niets gelogen: het is een zonovergoten dag met zo'n 19 graden, al voelt het door het koele windje wel wat frisser aan. Een perfecte dag om Victoria te verkennen. We vinden een parkeerplaats aan de rand van Chinatown en lopen daarvandaan over wat koloniale straatjes en pleintjes naar Inner Harbour, de beziens-waardige binnenhaven van de stad. Hier staan het imposante Empress Hotel en het statige parlementsgebouw, dat 's avonds prachtig is verlicht met duizenden lampjes. Een beetje natuur snuiven we op in het stadspark, waar de ene na de andere eekhoorn voorbij schiet. Vanaf de lookout in het park zou je mooi zicht moeten hebben op zee, maar voor ons gooit dikke mist roet in het eten.

15 september 2010: Victoria e.o.
Omdat Victoria een vrij compact centrum heeft, hebben we gisteren eigenlijk alles al wel gezien. Vandaag verlaten we daarom voor een paar uur het stadse leven en rijden 16 km noordelijker naar Goldstream Provincial Park. De parkmedewerkster verzekert ons dat we niet bang hoeven te zijn voor beren. Ja, ja, op het nieuws zagen we toch echt dat in een stadje even verderop een zwarte beer in de tuinen van bewoners scharrelde en men voorspelt een uitzonderlijk hoge berenpopulatie in zuid Vancouver Island dit jaar... Maar goed, na wat aarzelingen en stomme grappen gaan we goed op pad. Eerst naar de 47.5 meter hoge Niagara Falls, niet te verwarren met grote broer of zus bij Toronto. Daarna treden we in de voetsporen van de goudmijners met een stevige wandeling en klim over de Goldmine Trail. Halverwege begint het zachtjes te regenen en aan het einde van de rit wat harder, dus we houden het verder voor gezien.  's Avonds gaan we nog een uurtje naar Victoria's Inner Harbour, speciaal voor het verlichte parlementsgebouw. Het is dan gelukkig al lang weer droog.


16 september 2010: Victoria - Campbell River (265 km) (C)
Voor het eerst gaat de wekker in Victoria en dat heeft alles te maken met ons vertrek. Het is zwaarbewolkt, maar droog en aangenaam van temperatuur. We hoeven alleen maar de snelweg naar het noorden te volgen en alles wijst vanzelf. We maken een onverwachte stop in het plaatsje Duncan, omdat we lezen dat daar zo'n 50 totempalen verspreid staan door het centrum. Toevallig stuiten we bij het kleine treinstation ook op een colonne grappige, kleurrijke spoorwagentjes. Hobbyisten uit de VS, zo begrijpen we. De volgende stop is in het plaatsje Chemainus, bekend om zijn veelzijdige muurschilderingen. Ooit begonnen in de jaren 1980, zijn de afgelopen 30 jaar heel wat muren prachtig beschilderd in dit knusse stadje. Gewoon op de muren van winkels en woningen, maar wel met een verhaal. Apart om te zien. Vanaf hier hebben we nog een flinke rit voor de boeg naar Campbell River. De weg wordt al snel lang en verlaten, maar de lucht breekt wat open. Rond 18:20 uur zijn we bij ons eerste B&B van deze vakantie. We maken hier kennis met een nieuw fenomeen: fraai verlichte cruiseschepen die 's avonds voorbij varen. Het is echt een bezienswaardigheid, waarop onze gastheer Doug ons maar al te graag attendeert.

17 september 2010: Campbell River - Strathcona PP (ca. 90km)
Doug heeft een heerlijk ontbijtje klaargemaakt, dat we rustig onder het toeziend oog van de twee huishonden nuttigen. We kunnen de energie goed gebruiken voor deze dag, die we in Strathcona Provincial Park gaan besteden. Centraal in dit park staat het enorme Buttle Lake, omringd door bergen die begroeid zijn met sparren. De hoogste berg van Vancouver Island (2200 meter) bevindt zich ook in dit park, maar daar is
niet dichtbij te komen. We hebben prachtig weer: half bewolkt (dus ook half zon!), zo'n 19 graden en vrijwel windstil. Onder deze omstandig-heden is het park prachtig: het water van de meren is als een spiegel, perfect voor mooie reflexies. De bossen hebben verschillende kleuren groen en het water is kristalhelder, heel mooi. Eigenlijk komt er van écht wandelen niet zo veel, omdat we echt onder de indruk zijn van de mooie uitzichten. We maken alleen een korte boswandeling naar een waterval en daarbij breekt ons al bijna het angstzweet uit door de gedachte dat we een beer kunnen tegenkomen....

18 september 2010: Campbell River - Telegraph Cove (ca. 200km) (D)
Zo prachtig als de dag gisteren was, zo somber en grijs begint die weer vandaag. Er is echt geen pijl op te trekken hier. We moeten vroeg op en afscheid nemen van onze gastheer en -vrouw (en de twee honden, twee katten en twee parkieten) omdat we een aardige afstand naar Telegraph Cove moeten afleggen, het noordelijkste plekje waar wij zullen komen op dit eiland. Onderweg begint het te regenen, als dat straks maar goed gaat. We hebben nl. om 13:00 uur een walvisexcursie op het programma staan, waarbij we hopen om orka's te zien. Op het moment dat we in Telegraph Cove aankomen is het droog, maar al snel vallen weer nieuwe druppels.
De excursie valt wat het weer betreft behoorlijk in het water, maar we zien wel Humpback walvissen, althans de rug en staartvin daarvan. Zelf één heel dichtbij. Orka's laten zich helaas niet zien, dat hebben wij dan weer.... Als we terug rijden wil John nog even bij een picknickplek stoppen voor een mooie foto. Onbedoeld wordt het het hoogtepunt van de dag: wat nou walvissen, bij de picknicktafel staat een heuse zwarte beer in het gras!! John durft als eerste de auto uit te stappen en op nog geen 10 meter van het beestje foto's te nemen. Het dier kijkt af en toe op, maar heeft verder alleen maar oog voor het gras. Hebben we nou wel een foto van het uitzicht gemaakt?!

19 september 2010: Telegraph Cove - Campbell River (ca. 200km) (C)
We zijn maar één nachtje hier in het noorden en ook alleen maar voor de walvisexcursie, dus vandaag rijden we hetzelfde stuk weer terug naar Campbell River. Het weer is niet verbeterd, nog steeds zwaarbewolkt, miezerig en af en toe een aardige bui. Dan is in de auto zitten op zich niet erg, maar het moet niet te lang duren. In Campbell River is het gelukkig in ieder geval droog. We hebben een ander onderkomen dan het B&B dat we hier donderdag en vrijdag hadden; nu hebben we een eigen huisje met alles erop en eraan én dichterbij het water. We houden het verder rustig vandaag, maken alleen een flinke wandeling naar de jachthaven en visserspier die 200 meter in het heldere water loopt. Zodra het donker wordt, houden we de cruiseschepen weer in de gaten.

20 september 2010: Campbell River e.o.
Vandaag kunnen we een beetje relaxen. We slapen uit, ontbijten rustig en gaan pas rond half 12 naar Elk Falls Provincial Park, slechts zo'n 3 km buiten het stadje. De zon schijnt, maar de wind is fris. We lopen een flink stuk langs de Campbell River, dat vol met alle soorten zalm zit. Het plaatsje noemt zich dan ook "Zalmhoofdstad van de wereld". Echt goed zien, doen we de vissen niet, ze zijn goed beschut in het heldere maar hard stromende water. Door het bos (pas op voor beren!) lopen en klimmen we naar de krachtige waterval die de naam aan dit park geeft (Elk Falls dus). Op dat moment begint het onverwacht te regenen. We moeten even schuilen (hebben de plu niet mee, want de zon scheen dus...) voordat we dezelfde weg terug wandelen. Hebben we toch mooi zo'n 7 km in de benen!

21 september 2010: Campbell River - Powell River (E)
De ferry gaat ons vandaag weer terugbrengen naar het vaste land van British Columbia. Het is helder weer in Campbell River, maar zo vroeg in de ochtend slechts 8 graden! Voor de ferry moeten we 50 km zuidelijker rijden en in die tijd maakt de zon alweer plaats voor donkere, laaghangende wolken. Tijdens de anderhalf uur durende overtocht wordt het niet anders en als we in Powell River de ferry af rijden, regent het zelfs een beetje. Ons tweede B&B van deze reis staat afgelegen in het bos op een heuvel, een oase van rust en ruimte. Van een (was)beer of edelhert in de tuin kijken ze hier niet op. We hebben nog een halve dag en op advies van onze gastheer maken we een korte wandeling langs het water en rijden we naar het plaatsje Lund, waar officieel de Trans American Highway begint (van Lund tot het zuiden van Chili). 's Avonds schuiven we aan in het huiselijke "La Casita", naar men zegt de beste Mexicaan in town.

22 september 2010: Powell River - Vancouver (O)
We worden verwend met een prachtig opgediend ontbijt. Helaas moeten we alweer afscheid nemen van deze mooie plek. Powell River wordt omringd door natuur en water, dus eigenlijk hadden we er meer mee kunnen doen. In plaats daarvan rijden we via de Sunshine Coast - inclusief twee ferrytochten - terug naar Vancouver. De route doet zijn naam eer aan, want het is een prachtige, zonovergote dag. Aan deze route liggen kleine, afgelegen plaatsjes die helemaal ingesteld zijn op activiteiten op het water, zoals kayaken, bootexcursies en vissen. Daarvoor gunnen we onszelf de tijd niet, en het is er ook te koud voor. We vragen ons ook af of het hiervoor nog wel het seizoen is, want er is geen ziel te bekennen. Bij Vancouver komen we in een file terecht, niet zo verwonderlijk als de vierbaans snelweg op de brug een éénbaansweg moet worden. Om 19:00 uur zijn we bij hetzelfde hotel als waar we deze vakantie zijn begonnen. De eerste cirkel is rond!

23 september 2010: Vancouver - Kamloops (357km) (G)
Hoera, Timo is jarig! Gefeliciteerd grote vent!! We hebben aan je gedacht en zelfs een dag eerder al op je getoost. Tsja, het is hier immers 9 uur vroeger...
We verlaten Vancouver alweer om aan onze ronde door het binnenland te beginnen. Naar Kamloops is meteen al een flinke rit, grotendeels door de adembenemende Fitzroy Canyon. Hier doorheen stroomt de wilde, bij rafters geliefde, Fitzroy River. Er zijn mensen die het niet meer willen horen (:-)), maar er is een reden dat we niet zoveel van de canyon zien: juist...het weer. Laaghangende bewolking ontneemt het zicht op de bergen en de rivier. Ook zijn ze in Canada niet zo van de uitkijkpunten, dus we razen er zo doorheen. Onze enige stop is bij Hell's Gate, het smalste deel van de rivier. Hier gaan we met een kabelbaan een stuk de canyon is, zodat we toch nog wat van de rivier en bergen meekrijgen. Na deze stop rijden we pardoes het zonnetje tegemoet en zien we wat van het prachtige woestijnachtige landschap richting Kamloops. John waant zich in een IMAX-theater. Als we bij ons B&B aankomen hangt er een briefje op de deur, waarin staat dat de bewoners even niet thuis zijn en we ons zelf kunnen binnen laten. Vind je dat nog ergens in Nederland?!

24 september 2010: Kamloops - Revelstoke (213km) (H)
Pas bij het voortreffelijke ontbijt ontmoeten we onze gastvrouw Edie en -heer Keith. We zijn even lekker met ze aan het kletsen als er een vogeltje tegen het raam vliegt. Gelukkig komt het beestje op tijd weer bij z'n positieven, zodat we met een gerust hart weer op pad kunnen.
Keith en Edie adviseerden ons om zeker even te gaan kijken bij de Adams River, waar als het goed is duizenden zalmen aan het paaien zijn. Daar blijkt niets van gelogen, wat een hoeveelheid! Van een rood-grijze soort, die hadden we nog niet gezien. Af en toe springt er een omhoog, maar probeer dat maar eens op foto vast te leggen.
De route naar Revelstoke is niet lang en voert prachtig langs de Columbia River en de bergen. Maar ja, die laaghangende wolken en regen hè...we zien er weer weinig van. De komende twee nachten slapen we op een camping in een cabin. Die is klein en koud (maar er is gelukkig verwarming) en heeft geen eigen toilet en douche, dus we moeten weer even omschakelen naar de campingmodus.

25 september 2010: Mt. Revelstoke N.P.
Oh oh oh, wat hebben wij een mazzel!! Het is bewolkt maar droog weer en nu pas zien we dat we omringd worden door prachtige besneeuwde bergtoppen. Wat een contrast met gisteren! Vandaag gaan we Mt. Revelstoke National Park verkennen. Met de auto kunnen we op 1800 meter hoogte komen, daarna is het nog een kilometer naar de top van de 1938 meter hoge Mount Revelstoke. De lucht klaart alleen maar meer op en wordt zelfs helemaal strakblauw. De besneeuwde toppen van de bergen, met hier en daar een gletsjer, zijn prachtig. We lopen alleen wat korte wandelingen (komen zelfs vrij verse berenpoep tegen...), omdat we vooral gewoon van het uitzicht willen genieten.

26 september 2010: Glacier N.P. en naar Golden
Om maar weer aan te geven hoe zeer we gisteren boften en hoe veranderlijk het weer hier kan zijn: het heeft de hele nacht behoorlijk hard geregend en dat gaat de hele ochtend door. Van de besneeuwde toppen om ons heen is weer totaal niets meer te zien. Dat voorspelt niet veel goeds voor ons bezoek aan Glacier National Park, dat toch al niet zo begaanbaar is. We laten ons niet kisten en maken in de stromende regen een korte wandeling door oer-regenwoud. We blijken niet eens de enigen. Andere soortgelijke wandelingen laten we toch maar voor wat ze zijn. Pas op de ruim 1300 meter hoge bergpas Rogers Pass, wat het "mooiste stuk snelweg ter wereld" heet te zijn, is het droog en dat blijft het daarna ook. Dit is echter alles wat we van het park zien. Vanaf hier gaat de tijd een uur vooruit en is het dus ineens later maar ook wat langer licht dan we gewend zijn. Na de beperkingen van de camping de afgelopen nachten, hebben we in Golden voor één nacht weer het comfort van een eigen huisje.

27 september 2010: Golden - Yoho N.P. - Banff (83km) (J)
Wij vermoeden dat Golden zijn naam mede dankt aan de goudgele kleur van de bladeren in de herfst, waarmee de gehele vallei bezaaid is. Prachtig om te zien. We willen daar voor vertrek graag een foto van maken, maar de mist blijft in het dal hangen en dus is er niets van te zien. Over het weer maken we ons verder niet druk, de voorspelling voor de komende dagen is goed. Inderdaad rijden we al snel de mist uit en hebben we een prachtige, zonovergote dag. De route van vandaag voert op zo'n 1300 meter hoogte door Yoho National Park en daar is heel wat te zien. Al meteen komen we flink aan onze lichaamsbeweging als we in totaal 4,8 km door het bos lopen naar de Wapta Falls. Hoeveel berenogen ons in die tijd hebben gezien, weten we niet, maar we zijn er altijd gerust op als we nog meer mensen zien lopen. We zien verder ons eerste prachtig turquoise meer (Emerald Lake) en nog de 254 meter hoge Takakkaw Falls. Pas als we in Banff aankomen betrekt de lucht, wat hebben we weer geboft!

28 september 2010: Banff
Echt een lekkere nachtrust hebben we niet gehad: de trein laat ook gewoon 's nachts meerdere keren duidelijk weten dat ie er is. We hebben vandaag een relaxdag gepland en een beetje noodgedwongen wordt het dat zeker: het regent nagenoeg de hele dag behoorlijk. Het heeft onder die omstandigheden geen zin om veel van de omliggende natuur te proeven en dus houden we het bij een verkenningstocht te voet en met de paraplu in de hand door het stadje. Banff is wat wij een typisch wintersportplaatsje vinden: compact, omringd door bergen, toeristisch en nauwelijks een normaal gebouw te vinden; winkels en huizen zijn allemaal in chaletachtige stijl gebouwd. Aan de rand stroomt de Bow River en op loopafstand van het centrum is een kleine waterval. Als het 's avonds droog en opgeklaard is, gaan we nog op pad voor nachtelijke foto's van het stadje vanaf het uitkijkpunt op de 1884 meter hoge Stoney Squaw Mountain.

29 september 2010: Banff N.P.
Het heeft vannacht blijkbaar gevroren, want we moeten de autoruiten krabben! Nou ja, dan hebben we dat maar vast gehad, in NL kan ons dat dus niet meer beroeren. Het is maar een dun laagje ijs, maar het blijft lang koud, zo'n 2 á 3 graden. Gelukkig warmt de zon ons iets op, maar verder dan een graad of 13 komen we vandaag niet. We kunnen de snelweg omzeilen en via een mooie route naar Lake Louise rijden, zo'n
59 km ten noordwesten van Banff. De parkmedewerkster vertelt ons dat we vandaag "very fortunate" zijn met deze mooie dag, omdat de zon voor het eerst in weken schijnt! Het gebied staat bekend om de twee prachtige groenblauwe gletsjermeren Lake Louise en Moraine Lake en de wandelingen daar in de buurt. Er zijn ook nog wat kleinere, minder bekende meren. Wij zijn hier uren zoet om te genieten van de overweldigende natuur: de meren, de kleuren, de besneeuwde bergtoppen en de Victoria Glacier die Lake Louise zo mooi kleurt.

30 september 2010: Banff - Jasper (290km) (K)
Hoera, (schoon)zus is jarig! Gefeliciteerd!
Ons is weer een prachtige, wolkenloze dag in de bergen gegund en dat komt mooi uit, want we hebben een lange, maar zéér bezienswaardige reis voor de boeg. We rijden over de Icefield Parkway, door het mooiste landschap van Canada (want dwars door de Rocky Mountains) naar Jasper. We moeten hetzelfde stuk weer even naar Lake Louise, maar nemen nu de snelle route. Vanaf Lake Louise begint al heel gauw al het moois: meren als spiegels, gletsjers en watervallen die vanaf de weg zijn te zien, het blauwer-dan-blauw Peyto Lake en als toetje de wereldberoemde Athabasca Glacier.
Deze gletsjer is de grootste van allemaal en het is mogelijk om met een reusachtige bus óp de gletsjer te rijden of onder begeleiding een gletsjerwandeling te maken. Maar wij volstaan met het indrukwekkende zicht aan de voet van de gletsjer. We staan op zo'n 50 meter afstand van het ijs, de laatste zonnestralen schijnen er op en het is er ineens koud, heel koud. Met jaartallen wordt aangegeven hoever de gletsjer de afgelopen eeuw is geslonken en dat is enorm. Zelfs sinds het jaar 2000 is de gletsjer schrikbarend hard korter geworden. Over nog eens 100 jaar is er waarschijnlijk niets meer van over....

1 oktober 2010: Jasper N.P.
Jasper is net zo'n typisch bergplaatsje als Banff. Iets kleiner maar met net zo'n wintersport uitstraling. We hebben een kamer in Chalet PATRICIA aan PATRICIA Street. Er bestaan nog twee straatnamen met PATRICIA erin, een PATRICIA's Place en zelfs een PATRICIA Lake. Veel Patricia dus.
We hebben gisteren niet alles van de Icefield Parkway kunnen zien en rijden daarom vandaag eerst zo'n 54 km terug naar de Sunwapta Falls. Een boswandeling van 4 km brengt ons bij een krachtige waterval in een melkkleurige rivier. Vanaf hier rijden we weer rustig langs de bezienswaardigheden terug naar Jasper. We zien nog een fraaie waterval, maar we zijn pas volslagen van ons stuk gebracht als we aan de voet van de 3367 meter hoge Mount Edith staan. Daar ligt een ijzig, lichtblauw gletsjermeer compleet met recentelijk gevallen blokken ijs, zo groot als auto's. En we kunnen ze aanraken. Aan de berg zelf hangen nog twee gletsjers, waarvan er één op donderen lijkt te staan (vandaar de naam Ghost Glacier). Dit is nog mooier dan de Athabasca Glacier van gisteren! Drie keer horen we een echoënd gekraak, gevolgd door wat gedonder: wij horen en zien ter plekke dat het ijs van de berg afbrokkelt!

2 oktober 2010: Jasper N.P.
We maken vandaag een korte toer naar twee mooie meren in het nationale park én naar een canyon van duizelingwekkende diepte. Als we nog maar net op pad zijn, worden we al snel opgehouden door mensen en auto's langs de kant van de weg en telelenzen in de aanslag. Het blijkt dat zich een kudde edelherten in het bos ophoudt. We hebben ze de afgelopen dagen al meer gezien in Banff en Jasper. De dieren trekken rond deze tijd van het jaar in het bijzonder de aandacht omdat de stieren bronstig zijn en met een hoog geluid hun harem bij elkaar proberen te houden. Ze zijn daardoor ook levensgevaarlijk. De route naar de meren is mooi en staat bekend om zijn wildlife, maar we zien daarvan niets bijzonders. We sluiten de dag af met een bezoekje aan Patricia Lake.

3 oktober 2010: Jasper - Clearwater (310km) (L)
Het is weer tijd om "Patriciatown" en de sprookjesachtige Rockies te verlaten en langzaam maar zeker terug te rijden naar de bewoonde wereld. De rit naar Clearwater is een flinke en een vermoeiende. Op een open vlakte op een helling zien we een coyote lopen, toch weer een dier dat we aan onze lijst kunnen toevoegen.
We stoppen even bij het informatiecentrum van Mt. Robson Provincial Park, dat aan de voet van de statige Mount Robson ligt, de hoogste berg van de Canadese Rocky Mountains (3954 meter). Na deze stop mogen we onze klok weer op BC tijd zetten, dus een uurtje vroeger. Dat scheelt. We nemen ook een pauze in het gehucht Blue River, waar we een leuke picknickplek aan het lokale recreatiemeer vinden. Onverwacht zien we daar ook in de verte op het spoor een zwarte beer lopen. Helaas komt er net een enorme vrachttrein aan, die het beest wegjaagt en onvindbaar maakt. Maar we tellen hem mooi wel mee!

4 oktober 2010: Wells Gray P.P.
Het kleine plaatsje Clearwater - veel kleiner dan wij dachten - is de uitvalsbasis voor Wells Gray Provincial Park, dat vooral bekend staat om zijn meren en watervallen.
We kunnen zo'n 70 km met de auto het park inrijden en van daaruit korte loopjes maken naar de belangrijkste bezienswaardigheden. Dat zijn in ieder geval drie beauties van watervallen, waarvan één met 141 meter een van de hoogste van Canada is (2,5 keer zo hoog als de Niagara Falls), en naar de uitkijktoren op de 1072 meter hoge Green Mountain. Vanaf de toren heb je wijds uitzicht over het zuidelijk deel van het park. De zware bewolking (jaja, voor het eerst sinds bijna een week) ontneemt helaas nét het zicht op de allerhoogste toppen om ons heen. Met deze bezienswaardigheden hebben we nog slechts een fractie van het omvangrijke park gezien. Er is vooral veel te beleven voor de échte wandelaars en waterliefhebbers. Hoewel in het park behoorlijk wat dieren zouden moeten leven (waaronder een grote populatie grizzly en zwarte beren en ook elanden), valt het ons op dat we op deze dierendag geen enkel dier zien, zelfs geen hertachtige.

5 oktober 2010: Clearwater - Lillooet (267km) (N)
Het is opnieuw een stralend zonnige dag als we Clearwater verlaten en verder naar het zuidoosten rijden. De rit voert ons door de gebieden Cariboo en Chilcotin langs uitgestrekte vlaktes met boerderijen (ranches) en veel Gold Rush historie. We passeren alleen maar kleine gehuchtjes met soms oude, rommelige woningen en percelen. John vindt die aanblik erg fotogeniek, Patricia ziet vooral veel rotzooi die het landschap aantast. Onze bestemming van vandaag - Lillooet - is een dorp van enig omvang en ligt direct boven de Fraser River. Vanaf hier starten we morgen de Sea to Sky Highway naar Vancouver. Dat klinkt veelbelovend.

6 oktober 2010: Lillooet - Vancouver (O)
De rit naar onze eindbestemming Vancouver voert door bergen en dalen. Al meteen na Lillooet stijgen we flink en lijken we over de toppen van de bergen te rijden. Na een half uur loopt de rit spaak: twee werkvoertuigen zijn tegen elkaar gebotst en het gaat minstens een uur duren voordat het is opgelost. Balen. Er zit niets anders op dan te wachten, muziek te luisteren en eindelijk eens aan een van de boeken van Mies te beginnen. Het duurt inderdaad precies een uur. We worden omgeven door besneeuwde bergtoppen en veel groen, als we ineens als een gek dalen om in Pemberton uit te komen. Daar nemen we de tijd voor een lunch. De volgende stop is Whistler, het centrum van de Olympische Spelen begin dit jaar. Het is net een Landaldorp, geen gebouw lijkt echt.
We beperken ons tot de autoloze winkelstraat en maken een foto van de Olympische Ringen en de mascotte. Het is dan al 17:00 en we hebben nog 115 km te gaan. Na Whistler blijft de route vrij vlak. In Squamish komen we de zee tegen. Het voordeel van de vertraging die we hadden, is dat we de zon zien ondergaan. Het is pikdonker als we bij ons vertrouwde hotel in Vancouver aankomen. De tweede cirkel is ook rond!

7 oktober 2010: Vancouver
Nog een dag om Vancouver te doen. We doen de route door Stanley Park over (4 weken geleden regende het) en maken die ook af. Met de auto dit keer :-). Het levert een paar extra uitkijkpunten op, maar veel hadden we wel gezien. We dartelen verder nog wat door de stad en komen zo op inmiddels vertrouwde plekken. De cruiseterminal van Canada Place is echter leeg: de vaart naar Rotterdam zit erop voor het seizoen.

8 oktober 2010: Vertrek
We bereiden ons erop voor dat het "mogen en kunnen" weer "moeten en zullen" wordt...

2 opmerkingen:

  1. Test gelukt dus het kan nu echt. Allereerst mijn excuses voor mijn mail want jullie maken het in de blog ruimschoots goed. Jammer van het weer. De walvissen klinken als IJsland maar de beer lijkt me fantastisch. Evenals het park, jullie foto's zeggen al genoeg. Hoop wel op wat meer zon voor jullie. Klinkt in ieder geval erg aantrekkelijk allemaal. En dan moet er nog heel veel moois komen. Hier alles rustig. Plezier en groet, Mies

    BeantwoordenVerwijderen
  2. He Lui,
    Jullie blijven wat pech houden met het weer. Ben nog wel benieuwd hoe John de opdracht om een springende zalm te fotograferen gaat vormgeven als dat hier al niet is gelukt.
    Geniet ervan. Hier een weekend vol 'nevenactiviteiten'.
    gr broer

    BeantwoordenVerwijderen